In augustus 1942 krijgen de Vlaamse SS’ers in Breendonk versterking van Richard De Bodt, een sluiswachter uit Willebroek die lid is van de Algemene-SS Vlaanderen (ASSVL). De Bodt werkt in Breendonk als werfopzichter en gaat zich net als zijn collega Fernand Wyss te buiten aan mishandeling. Hij is ook aanwezig in de folterkamer en dient bij executies het genadeschot toe.
Aan de vooravond van de bevrijding vlucht de SS’er naar Duitsland, waar hij tot aan zijn aanhouding in 1951 ondergedoken leeft. De Bodt mag in 1946 dan wel bij verstek ter dood veroordeeld zijn voor de dood van tien gevangenen, op het ogenblik van zijn arrestatie heeft de Belgische regering al beslist om geen doodstraffen meer te voltrekken. Ondanks hevig protest van de publieke opinie ziet de SS’er zijn straf omgezet in levenslange dwangarbeid. Op 3 januari 1975 overlijdt De Bodt op 67-jarige leeftijd in de gevangenis van Sint-Gillis.
Nefors, Patrick. Breendonk 1940-1945: De Geschiedenis. Antwerpen: Standaard uitgeverij, 2005.
