272099-ulb.jpg
Instelling : CegeSoma/Rijksarchief
Auteursrecht : Voorbehouden rechten
Oorspronkelijke legende : Gebouwen van de ULB, s.d. (1940-1944)
België in oorlog / Artikels

25 november 1941. De sluiting van de ULB

Thema - Verzet

Auteurs : Kesteloot Chantal (Instelling : CegeSoma) - Martin Dirk

Op 25 november 1941 sloot de Brusselse universiteit Université libre de Bruxelles. De studenten werden er om 10 u. ’s ochtends van op de hoogte gebracht. De verrassing was totaal. De sluiting kwam er na een eenparige beslissing  van de raad van bestuur van de vorige dag  ten gevolge van de politiek van de Duitse overheden  om bepaalde benoemingen door te drukken .

273433-manif-ulb-avril-1940.jpg
Instelling : Cegesoma/Rijksarchief
Auteursrecht : Voorbehouden rechten
Oorspronkelijke legende : Betoging van de studenten van de ULB in voordeel van de geallieerden, 15/04/1940.

Opnieuw cursussen na de vlucht van 1940

Na de Duitse inval werden de lessen aan de ULB en de andere universiteiten van het land opgeschort. De studenten en de leden van het academisch en technisch personeel ontsnapten niet aan de oorlogsomstandigheden:  de enen waren gemobiliseerd, namen deel aan de gevechten en werden dan krijgsgevangen in Duitsland; anderen  ontvluchtten het land, soms naar Groot-Brittannië of waren overleden. Maar terwijl de Belgische universiteiten tijdens de Eerste Wereldoorlog gesloten bleven, was er nu enkele dagen na de Belgische capitulatie al sprake van een heropening. Op 15 juni 1940 hadden de vier rectoren een onderhoud met Marcel Nyns, secretaris-generaal van Onderwijs. Voor de rectoren kwam het erop aan de studenten intellectueel onder hun hoede te kunnen houden. Men besliste de lessen te hervatten en voor september zelfs een examensessie te organiseren. Vanaf 12 november werd dan opnieuw cursus gegeven.   De omstandigheden maakten dat niet makkelijk, temeer daar een aantal studenten  de vorige dag nog aan vaderlandslievende betogingen had deelgenomen. De bezetter aarzelde dan ook niet om te dreigen met een sluiting van de ULB indien dergelijke feiten zich nogmaals zouden voordoen.

Het was een strategie die spoorde met de bedoelingen van de Duitse overheden die een “normaal” leven op gang wilden trekken. Dat belette niet dat de bepalingen van de Duitse verordening van 18 juli 1940 over de zgn. postverlating ook voor de universiteitsprofessoren bedoeld waren. Zij mochten dus niet opnieuw aan de slag zonder toelating. Geleidelijk begonnen de Duitsers zich te moeien met de samenstelling van het hooglerarenbestand. Eerst en vooral moesten de “Duitsvijandige elementen” uitgeschakeld worden. Ook andere verordeningen zouden de universiteiten treffen , zoals die over de leeftijdsgrens en die over het joods onderwijzend personeel. Maar al bij al bleef het gros van de professoren gespaard. Bij de ULB werd op 31 oktober een Duitse commissaris aangesteld. Het betrof Gustav Adolf Walz, hoogleraar aan de faculteit rechten van de universiteit München tot midden mei 1941. Hij werd later vervangen door Hans Peter Ipsen, hoogleraar aan de faculteit rechten van de universiteit Hamburg.

 

chimie-1Are-annAe-1940-1941(3).jpg
Instelling : Archieven van de ULB
Oorspronkelijke legende : 1940-1941. Eerste jaar chemie
nov-41-math-physique-1Are-annAe.jpg
Instelling : Archieven van de ULB
Oorspronkelijke legende : Eerste jaar fysica-wiskunde, 1941-1942

De universiteiten hervormen

oj-ca-5-11-1940.jpg
Instelling : Archieven van de ULB
Oorspronkelijke legende : Dagorde van de Raad van Bestuur, 5 november 1940.

De Duitse bezetter leek dus de voorkeur te geven aan een niet conflictuele hervatting van de lessen aan de universiteiten, maar dat betekende niet dat hij geen hervormingsplannen koesterde. Waar het echt om ging, was de Belgische universiteiten in het gareel van de ideologie van het IIIe Rijk te laten lopen.  De bedoeling was elke universiteit een specifieke rol te geven. Luik en Gent, “vast in hun volkse bodem verworteld” , zouden de Waalse resp. Vlaamse wetenschappelijke centra worden. Leuven kreeg de rol van een theologische universiteit en de ULB moest een “politieke” universiteit worden als Germaans-Duits bastion tegen West-Europa. Het einddoel: de vernietiging van de “liberale” grondslagen van België. 

 

De grote vijand: de ULB

Voor de historicus Franz Petri, de  verantwoordelijke voor de universiteiten bij de Militärverwaltung, was de ULB een “versterkte vesting van de vrijmetselarij tegen Duitsland”, een plaats “waar liberalisme en marxisme hun vijandigheid jegens het fascisme en het nationaal-socialisme” konden uitleven.

Het was aan de ULB dat de impact van de Duitse verordeningen het grootst bleek. Bij afzettingen behoorden ook nieuwe benoemingen. In beide Rijksuniversiteiten Luik en Gent werden de door de hen zelf voorgestelde kandidaten meestal goedgekeurd. Hier en daar zaten er wel collaboratie-figuren tussen.  De KUL/UCL  slaagde erin elke inmenging te vermijden. Klaarblijkelijk wenste de bezetter de Kerk niet te provoceren. De ULB slaagde er aanvankelijk in via het systeem van plaatsvervangers aan nieuwe benoemingen te ontsnappen, alhoewel ook zij onder de bepalingen van de verordening van 18 juli 1940 viel. Op die manier had de Militärverwaltung inderdaad  17 professoren van de Brusselse Alma mater uitgerangeerd , gevolgd door 39 anderen waarvoor de verordening van 19 december 1940 van toepassing was (ontslag voor degenen die vanaf 15 november niet opnieuw in functie getreden waren).

Maar de bezetter wilde een volledige ontdubbeling van de universiteit doordrukken. Dat moest resulteren in een volwaardige Nederlandstalige  universiteit , een strategie die kaderde in de beslissing van Hitler om de Vlamingen zoveel mogelijk te bevoordelen.  Die ontdubbeling was eigenlijk al voor de bezetting  stukje bij beetje begonnen, vooral aan de faculteit Rechten. In de lente 1941 voerden de Duitsers de druk op: de ontdubbeling moest sneller en de via de verordeningen uit hun functie ontheven professoren moesten definitief vervangen worden.  In principe bleef de universiteit zelf bevoegd voor die vervangingen, maar de bezetter kende zichzelf wel een vetorecht toe.

le-soir-18-9-1941-p-1.png
Instelling : KBR
Oorspronkelijke legende : Le Soir, 18 september 1941, p.1.

Stijgende spanningen ?

Tijdens het academiejaar 1940–1941 leek er een zekere accommodatie tot stand gekomen tussen de academische overheden van de ULB en de Duitse bezetter. De toepassing van de Duitse verordening van 28 oktober 1940 over het verbod voor joden om een aantal functies uit te oefenen - o.a. hoogleraar - vormde er een voorbeeld van. De raad van bestuur protesteerde officieel, maar paste de verordening wel toe. Alle leden van het professorenkorps kregen een rondschrijven waarin gevraagd werd dat ze zelf zouden meedelen of de verordening voor hen  al dan niet van toepassing was. Voor enkele professoren – acht in totaal – was dat inderdaad het geval; ze werden op non-activiteit gesteld met behoud van wedde zoals de Belgische wetgeving dat bepaalde.  Later stelde de dienst universitaire inlichtingen van de ULB ook driemaal een lijst van joodse studenten op.

Het was dus niet deze zaak die de boel deed ontploffen. De academische overheid was vrij ver gegaan met het aanvaarden van een aantal compromissen, maar nu besloot ze de opgelegde aanstelling van enkele Vlaamse Nieuwe Orde-professoren te weigeren. In concreto ging het om Antoon Jacob, een aktivist uit de Eerste Wereldoorlog die na de oorlog naar Duitsland gevlucht was en les gaf aan de universiteit van Hamburg, de Vlaamse historicus  Robert Van Roosbroeck en de archeoloog Robert De Maeyer. Ze kunnen alledrie als pro-nazi aanzien worden. De kandidaten van de ULB zelf werden afgewezen door de Duitse commissaris. Vermits de universiteit de kandidaten van het  bezettingsbestuur niet wilde benoemen, deed deze het dan zelf en stelde de universiteit dus voor het blok. Voor het bureau van de ULB was dit onaanvaardbaar. Een dag later, op 24 november 1941, bevestigde de raad van bestuur dit standpunt en besloot eenparig de instelling te sluiten. 

 

« Wegens de moeilijkheden… »

Dit nieuws werd zorgvuldig geheim gehouden zodat de studenten totaal verrast waren toen het bekend werd. Ze vroegen zich af wat het motief was voor de beslissing en hoelang deze zou gelden. De formulering leek inderdaad vrij vaag: « Wegens de moeilijkheden die gerezen zijn tussen de universiteit en de bezettende overheid  heeft de raad van bestuur besloten de lessen met ingang van 25 november om 10 u.  op te schorten». Nadat ze van hun verrassing bekomen waren, bleek een meerderheid van de studenten zich achter de beslissing te scharen, alhoewel deze  een sprong in het duister betekende. De Assemblée générale des étudiants, die de meeste studentenorganisaties groepeerde, keurde de maatregel goed. 

 

het-laatste-nieuws-30-11-1941-p-1.png
Instelling : KBR
Oorspronkelijke legende : Het Laatste Nieuws, 30 november 1941, p. 1.

De reacties

l-espoir-dec-41-p-1.jpg
Instelling : Cegesoma/Rijksarchief
Oorspronkelijke legende : L'Espoir, december 1941, p.1.

Na het besluit van de raad van bestuur poogde de bezettende overheid de professoren tevergeefs onder druk te zetten om de lessen te hervatten. Slechts achttien onder hen gingen erop in (op de 250 die voor de oorlog in dienst waren). Voor anderen werd het een harde  kennismaking met de Duitse repressie. Acht leden van de raad van bestuur werden tot in de lente 1942 opgesloten in de citadel van Hoei  .

De bezetter was dus mislukt in zijn opzet en sloot de universiteit officieel in augustus 1942. Alleen een deel van het technisch personeel kon doorwerken en enkele diensten functioneerden  verder.

Een oplossing voor de studenten ?

De studenten hadden weliswaar het besluit van de academische overheid goedgekeurd,maar ze bleven wel in schok achter. Eind november vroeg de Assemblée générale des étudiants dat ze zich niet aan een andere universiteit zouden inschrijven. Daarentegen liet het secretariaat van de universiteit drie maand later weten dat dit wel mocht en dat tevens het inschrijvingsgeld van het lopende academiejaar teruggevraagd kon worden. 

Er volgden uiteenlopende reacties. In functie van geografische en /of levensbeschouwelijke criteria besliste een  aantal studenten verder te studeren te Leuven  – 600 tijdens het academiejaar 1941–1942 – of te Luik. Nadien werden nieuwe inschrijvingen gebruikt als strategie om te ontsnappen aan de verplichte tewerkstelling of deze minstens uit te stellen. Anderen kozen voor clandestiene cursussen, al dan niet gevolgd door examens voor de centrale examencommissie. Die clandestiene cursussen werden vrij snel georganiseerd in privé-woningen, scholen in de Brusselse agglomeratie en voor laboratoria zelfs in bedrijven. Van januari 1942 tot april 1943 organiseerde de Stad Brussel openbare universitaire lessen die echter enkel mochten gegeven worden door hoogleraren die niet tot de  ULB behoorden. In april 1943 verbood de bezetter die lessen trouwens. Over het algemeen bleef de toestand dus vrij chaotisch.

 

Na de bevrijding

Na de bevrijding werd de rekening gepresenteerd. De raad van bestuur vergaderde op 9 september voor een eerste keer. Er werd een eerste eerbetoon gebracht aan degenen die in het verzet waren gegaan en dit soms met hun leven betaalden. Er kwamen ook bedankingen voor degenen die de instelling en haar personeel in een moeilijke tijd geholpen hadden. Maar het was ook het moment voor sancties tegen de leden van het personeel die gesympathiseerd hadden met de bezetter. In de herfst 1944 viel het oordeel. Het ging om drieëndertig personeelsleden met onder hen de achttien die positief hadden geantwoord op de vraag tot hervatting van de activiteiten na de sluiting in november 1941. Van de 33 werden er vijf ontslagen waarbij o.a. Hendrik De Man, oud-voorzitter van de BWP. Negen anderen werden ambtshalve ontslagen en nog vijf gingen spontaan weg. En dan waren er de lichte sancties. In negen gevallen werd er trouwens afgezien van maatregelen. Voor de studenten die verdacht werden van contacten met de vijand kwam er een inschrijvingsverbod.

De universiteit werd plechtig heropend op 20 november 1944, zoals het hoorde de dag van Sint-Verhaegen. De lessen werden hervat op 8 januari 1945.

saint-v-1945.jpg
Collectie : Van Parijs
Auteursrecht : Voorbehouden rechten
Oorspronkelijke legende : Sint-Verhaegen, 20 november 1945. “La chasse au PIRE-RENNE” (“De jacht op het SLECHTSTE-RENDIER”) alludeert op de benoeming van Jacques Pirenne als secretaris van Koning Leopold III. De studenten nemen ook de PSC (CVP) op de korrel, die wordt weggezet als een “Parti Sans Couilles” (“Partij Zonder Kloten”)

Bibliografie

Despy-Meyer Andrée, Dierkens Alain et Scheelings Frank, 25 november 1941 : de Université Libre de Bruxelles sluit haar deuren, Brussel, VUBPress, 1991.

Martin Dirk, « Les Universités belges pendant la deuxième guerre mondiale » in L’occupation en France et en Belgique, numéro spécial de la Revue du Nord, 1987.

Martin Dirk, « Les universités belges pendant l’occupation allemande 1940-1944 : vivre avec l’ennemi » in 75e anniversaire de la visite d’état du général de Gaulle et de la remise des diplômes Honoris causa universitaires. Actes du symposium organisé par le Cercle d’Etudes Charles de Gaulle de Belgique à l’atelier Marcel Hastir, à Bruxelles, le 10 octobre 2020, pp. 33-42

ulb_1941-plaque.jpg
Deze pagina citeren
25 november 1941. De sluiting van de ULB
Auteurs : Kesteloot Chantal (Instelling : CegeSoma) - Martin Dirk
https://www.belgiumwwii.be/nl/belgie-in-oorlog/artikels/25-november-1941-de-sluiting-van-de-ulb.html