België in oorlog / Artikels

voorloper van het verzet. (De)

Thema - Verzet

Auteur : Colignon Alain (Instelling : CegeSoma)

Walthère Dewé, voormalig verantwoordelijke van het netwerk ‘la Dame blanche’ in ’14-’18, nam contact op met Britse militaire gezanten en later ook het vijfde Franse bureau met de bedoeling zijn contacten nieuw leven in te blazen ten gunste van de geallieerden. In september 1939 zal uit dit initiatief het Corps d’Observation Belge (C.O.B.) voortkomen. Ook andere ‘veteranen’ van de Grote Oorlog of het Bezettingsleger van de Rijn (Anatole Gobeaux, Camille Joset, Alfred Feyens, Henri Javaux, Louis Rademecker, …) bieden hun diensten aan. Op die manier verzamelen drie diensten in april 1940 elk een tiental medewerkers. De ‘Groep Dewé’ of het ‘C.O.B.’, de ‘groep Gobeaux’ gevestigd in Henegouwen en de ‘groep Joset-Feyens’ actief in Luxemburg en Brussel zetten zich in om pro-Duitse elementen op te sporen en aan de oostelijke grens informatie in te winnen. De groep van Dewé en van zijn adjunct Hector Demarque, voorzien van 4 zenderposten (met een beperkt vermogen) en relatief goed gestructureerd, lijkt het meest geschikt om de rol van een ‘stay behind’ netwerk te vormen in het geval van een Duitse inval. Andere kleinere groepen zijn actief in Verviers, Brussel, Antwerpen en Luik. Vanaf oktober 1939 komen enkele francofiele notabelen uit de Waalse beweging in de ‘Cité ardente’ via drukker Georges Thône in contact met het Franse consulaat. Op die manier trachten zij gespecialiseerde Luikse arbeiders te rekruteren en deze richting de omgeving van Quiévrain te sturen: in de loop van de zogenaamde ‘Schemeroorlog’ trekken een tweeduizendtal de grens over om in de Franse zware industrie te werken en er zo discreet een ‘Waals vrijwillig legioen’ te vormen. 

Deze pagina citeren
voorloper van het verzet. (De)
Auteur : Colignon Alain (Instelling : CegeSoma)
https://www.belgiumwwii.be/nl/belgie-in-oorlog/artikels/voorloper-van-het-verzet-de.html