Charles Collard (1882-1952) is tijdens het interbellum advocaat-generaal bij het parket-generaal van Brussel. Tijdens de bezetting is hij als dienstdoend procureur-generaal één van de machtigste magistraten van het land.
In de conflicten met de bezettingsmacht toont Collard zich een man van regels en procedures. Hij hecht veel belang aan de onafhankelijke werking van justitie. Desondanks is hij niet geneigd om de soms voor de bezetter zeer gunstige bevelen van de secretaris-generaal van Justitie naast zich neer te leggen. Als puntje bij paaltje komt doet hij dat uiteindelijk wel. Toch staat hij bij sommige collega’s bekend als een starre man die onvoldoende inziet dat de bijzondere oorlogsomstandigheden bijzondere maatregelen vragen.
Na de bevrijding wordt Collard ontslagen. De zuiveringscommissie van de magistratuur vindt dat hij ten opzichte van de bezetter onvoorzichtig en zwak is geweest en onvoldoende leiderschap heeft getoond.
Bibliografie
Zurné, Jan Julia. “‘Een Buitengewoon Verontrustend Gewetensprobleem’. De Belgische Magistratuur En Door Verzetsgropen Gepleegd Geweld Tegen Collaborateurs 1940-1950.” Ph.D. Thesis, Universiteit Gent, 2016.
Meer weten...