De Sipo-SD zet het verzamelkamp op in Mechelen, in de Kazerne Dossin. Op 27 juli 1942 is het kamp operationeel. Het bevindt zich tussen Brussel en Antwerpen, waar de meerderheid van de Joden in België woont. Het grote gebouw ligt naast een spoorweg. De SS kan er meer dan 2.000 gevangenen opsluiten. Een tiental Duitse SS’ers en evenveel Vlaamse SS’ers leiden het kamp.
De nieuwe geïnterneerden worden van bij de aankomst vernederd en geslagen. Mannen, vrouwen en kinderen worden op het bureau van registratie van het kamp ingeschreven op een deportatielijst. Hun deportatienummer wordt ook hun nieuwe identiteit. De SS’ers fouilleren hen en nemen hun bezittingen af. De gevangenen worden ondergebracht in overbevolkte barakken. Ze hebben allemaal honger. De hygiënische omstandigheden zijn lamentabel. De SS voeren er willekeur en terreur in.
Dit verzamelkamp ligt helemaal in de lijn van de genocidaire deportatie van Joden en zigeuners. Vanaf 4 augustus 1942 tot 31 juli 1944 worden er meer dan 25.000 personen – waaronder 354 zigeuners – gedeporteerd naar Auschwitz-Birkenau. Slechts 1.251 overleven.
Schram, Laurence. Dossin, l’antichambre d’Auschwitz. Bruxelles: Racine, 2017.
Hakker, Jos. La Mystérieuse Caserne Dossin à Malines. Anvers: Ontwikkeling, 1944.
Perrin, Stéphanie, and Sarah Timperman. La Caserne Dossin à Malines. Des Témoins Racontent…. Collection Paroles d’archives. Mémoire d’Auschwitz ASBL, 2013.
