Lisbonne59276
Instelling : Cegesoma/Rijksarchief
Oorspronkelijke legende : Turm von Belem an der Mündung des Tejo (Lissabon). [Orbis] [Sipho] [Frei gegeben durch Zensur]
België in oorlog / Artikels

Belgen in Portugal (De)

Thema - Diplomatie

Auteur : Auwers Michaël (Instelling : Cegesoma/Rijksarchief)

Bij het begin van de Tweede Wereldoorlog vormde het Portugese grondgebied een belangrijke contactzone tussen het Europese continent, dat grotendeels onder de invloed van de Asmogendheden stond, en de wereld van de Geallieerden (en hun kolonies). Dit contact behelsde zowel de transit van vluchtelingen als de circulatie van informatie en levensmiddelen. Deze activiteiten namen ook in de Belgische geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog een belangrijke plaats in.

Portugal tijdens de Tweede Wereldoorlog

Anno 1940 was Portugal op binnenlandspolitiek vlak een dictatuur en wat zijn buitenlands beleid betreft een neutrale staat. De door António de Oliveira Salazar geleide Estado Novo wist die neutraliteit ook gedurende de hele oorlogsperiode te behouden. Hoewel haar staatsvorm nauwer aanleunde bij die van de Asmogendheden dan bij de Westerse democratieën, met alle gevolgen van dien voor de internationaalpolitieke voorkeuren van de Portugese bestuurlijke elites, zorgde de regering in Lissabon er wel voor haar historisch goede verstandhouding met Groot-Brittannië niet op de helling te zetten.

lisbonne59280.png
Instelling : Cegesoma/Archives de l'Etat
Oorspronkelijke legende : Blick über Lissabon vom Turm des Klosters Belem.

De Belgische aanwezigheid in Portugal

motte1984.png
Instelling : Cegesoma/Rijksarchief
Oorspronkelijke legende : Belgen op weg naar Portugal, 1940-1945 Mr et Mme A. Motte, O. de Blignières (?), Melle Donny.

Bij het begin van de Tweede Wereldoorlog vluchtten vele Belgen eerst richting Frankrijk en nadien verder naar het Iberische schiereiland. Daar trachtten ze zo snel mogelijk Portugal te bereiken om zo verder te kunnen reizen naar voornamelijk het Verenigd Koninkrijk, Belgisch Congo en de Verenigde Staten. Het Belgische gezantschap in Lissabon ervaarde meteen de extra uitdagingen die diplomatie in oorlogstijd met zich meebracht. Het stond al sinds de vroege jaren 1920 onder leiding van graaf Baudouin de Lichtervelde. Die leek niet helemaal tegen zijn takenpakket opgewassen en werd al snel eerst bijgestaan en nadien vervangen door André Motte, de voormalige Belgische gezant in Sofia. De in Portugal gestrande Belgen konden echter ook rekenen op hulp van de Belgische expatgemeenschap. Die bestond voornamelijk uit industriëlen met belangen in de Portugese economie.

De vluchtelingenkwestie

De Lichtervelde liet het initiatief van de vluchtelingenopvang aan leden van deze gemeenschap. Zij richtten de zogenaamde Oeuvres Belges op, die naar schatting zesduizend landgenoten onderdak verleenden. Dat aantal vertegenwoordigde volgens historicus Kobe De Geyter ongeveer een zestiende van het totale aantal mensen dat tijdens naar Portugal vluchtte maar verschilde wel van andere nationale groepen door het relatief geringe aantal Joden onder hen. De meesten waren mannen die alleen reisden en vanuit Portugal Engeland wilden bereiken om vandaaruit hun vaderland militair te helpen. 

De vluchtelingenstroom valt op te delen in vier perioden, waarvan enkel de eerste (tot eind 1940) een significant aantal Joodse families omvatte die vaak in de diamantsector actief waren en naar de VS wilden doorreizen. Nadien en tot in de herfst van 1942 ging het dan vooral om mannen met militaire leeftijd die het bezette België of Frankrijk waren ontsnapt en niet door de Spaanse autoriteiten waren gevat (die hen in kampen zoals het befaamde Miranda de Ebro opsloten). In 1943 versoepelde de Spaanse bevoegde minister het detentiebeleid en konden heel wat Belgen de Spaanse kampen inruilen voor opvangcentra aan de Portugese kust. Toen de krijgskansen in de loop van 1944 keerden, kwamen meer en meer uit België gevluchte collaborateurs in Portugal aan.

miranda1887.png
Instelling : Cegesoma/Rijksarchief
Oorspronkelijke legende : Belgen in het kamp van Miranda de Ebro

De vrees om sympathisanten met het naziregime onder de vluchtelingen aan te treffen, was toen uiteraard niet nieuw.  De in Londen heropgerichte Staatsveiligheid had in Lissabon een antenne opgezet die de activiteiten moest coördineren van kleinere antennes verspreid over het Iberische schiereiland en onder meer instond voor de ondervraging van de in Portugal aangekomen Belgen. Zulke ondervragingen hadden niet enkel tot doel om informatie over het bezette land te bekomen, maar waren ook gericht op het ontmaskeren van Duitse spionnen. Niet alle agenten gingen even subtiel te werk en de verantwoordelijke van de antenne overlegde maar zelden met het hoofd van het Belgische gezantschap. Dat leidde herhaaldelijk tot spanningen. De diplomaten kregen immers heel wat klachten te verwerken van gevluchte Belgen die zich door de Staatsveiligheid onheus behandeld voelden. Bovendien moesten zij verantwoording afleggen aan de Portugese autoriteiten voor de niet altijd even clandestiene doortocht van ‘waardevolle’ Belgen.  

suretAdeletat81378.png
Instelling : Cegesoma/Rijksarchief
Oorspronkelijke legende : Maurice Dubois, Agent des belgischen Staatssicherheitsdienstes in Portugal, 1940-1945

Komt daar nog bij dat de relaties met die autoriteiten ook voortdurend onder druk stonden vanwege de houding van de Belgische regering in Londen: zij wilde eigenlijk enkel mensen met een ‘nuttig’ profiel naar het Verenigd Koninkrijk laten overkomen. De Belgische koloniale autoriteiten zagen de gevluchte Belgen evenmin graag komen. Volgens gouverneur-generaal Pierre Ryckmans diende de Europeaan in Afrika immers “zijn rang te behouden” en moest worden vermeden dat armere vluchtelingen moesten tewerkgesteld worden “in jobs voor de inheemse bevolking”.

De informatieoorlog

morlion32429.png
Instelling : Cegesoma/Rijksarchief
Oorspronkelijke legende : Fotos von Pater Félix Morlion

Toen Spaak Motte naar Lissabon stuurde, benadrukte hij het belang van die post: het was de enige waarlangs hij nog informatie over België kon krijgen en waarlangs hij met het bezette land kon communiceren. Meer algemeen bekleedde Portugal een centrale plaats in de propagandaoorlog. In de straten van Lissabon kon je zelfs Britse en Portugese propagandaposters naast elkaar zien hangen. Het was dus erg belangrijk dat ook Belgische boodschappen in en via dit informatiecentrum werden verspreid.  

Nu was de oprichting van een Belgische persdienst net als de vluchtelingenopvang op poten gezet door particulieren. Met name pater Félix Morlion nam hier het voortouw, zij het met de expliciete steun van Spaak. Pas in de loop van 1941 trok het gezantschap deze dienst naar zich toe. Het doel was drieledig: de internationale reputatie van België versterken; de Europese pers analyseren om op die manier de regering in Londen in te lichten over de situatie in bezet Europa; en het moraal van de Belgen hooghouden. Verschillende Belgische journalisten boden stukjes aan de Portugese pers waarin ze België voorstelden als een zich actief verzetten land en niet enkel als een slachtoffer. Tegelijk verschenen tussen augustus 1941 en maart 1945 134 nummers van de Dépêches belges, een tweewekelijks tijdschrift dat Belgische verzetsdaden in de verf zette en frontaal in de aanval ging tegen het nationaalsocialisme en zijn Belgische sympathisanten, die hun straf na de oorlog niet zouden ontlopen.

De bevoorrading vanuit Portugal

De belangrijkste taak van de Belgische vertegenwoordigers in Portugal was echter de bevoorrading van het thuisland. Vermits de Belgische landbouw nauwelijks de helft kon produceren van het aantal calorieën dat de bevolking nodig had, moest het voedsel van elders komen. De Britse blokkade die de Duitse bevoorrading moest belemmeren, bemoeilijkte de bevoorrading aanzienlijk. Uiteindelijk konden producten in de neutrale landen, in de eerste plaats Portugal, worden gekocht die dan met toestemming van de Britten én de Duitse bezetter door het Rode Kruis in België verdeeld werden.

Opnieuw lag een privé-initiatief aan de basis van deze activiteit. Kankerspecialist René Reding zamelde vanuit Lissabon geld in en kocht daarmee in eerste instantie vitaminen en later ook voedsel in het kader van de door hem opgerichte Aide médicale à la Belgique (AMB). Eind april 1941 kon de AMB een konvooi van 20 wagons, met daarin vooral visconserven en tomatensaus in olijfolie, vanuit de Portugese hoofdstad naar Brussel laten vertrekken.

Ondertussen had de Belgische regering in Londen besloten om de bevoorrading zelf te coördineren. In november 1940 kende Spaak deze missie toe aan graaf André de Kerchove de Denterghem, een diplomaat die op dat moment zijn post in Rome had moeten verlaten en zonder job in Lausanne zat. Hij zou vanaf februari 1941 het Comité de Coordination du Ravitaillement de la Belgique par l’Europe gaan voorzitten. In die hoedanigheid diende hij de sommen van Belgen in buitenland en de fondsen van de regering in Londen te centraliseren en te verdelen over de uitvoerende organismen, in de eerste plaats de AMB. Het Comité onder zijn leiding bestond min of meer dezelfde personen die aan de basis lagen van de reeds bestaande privé-initiatieven. Dat zorgde voortdurend voor spanningen, met name tussen De Kerchove en dr. Reding.

De zendingen gepatroneerd door de overheid en uitgevoerd door de AMB liepen mede daardoor maar tot september 1942, waarna Redings organisatie werd vervangen door een Portugese transportfirma. Niettemin was de bevoorrading vanuit Portugal globaal genomen een succes en konden tijdens de oorlogsjaren enkele tienduizenden tonnen voedsel naar het bezette land worden gestuurd.

amb1973.png
Instelling : Cegesoma/Rijksarchief
Oorspronkelijke legende : Belgisch coördinatiecomité voor de ravitaillering te Lissabon, 1941-1942
reding276446.png
Instelling : Cegesoma/Rijksarchief
Oorspronkelijke legende : Van links naar rechts : Petillon, ancien gouverneur du Congo, alors secrétaire de Ryckmans gouverneur. Corneil Hymans, Prof Université de Gand, Prix Nobel. Denise Reding, secrétaire de l'AMB. Dr. Reding. Mme Reding. Stockman, membre du Bureau de l'AMB. Contesse de Lichtervelde. Conte de Lichtervelde, ambassadeur de Belgique à Lisbonne. Mme Othier. M. Grosjean, Président du Comité de Bruxelles de la Croix Rouge. [Studios Serra Ribeiro - Agencia International de Reportagens Fotograficas - Lisboa]

Bibliografie

Avalosse, Guillaume, Les activités de la Sûreté de l'Etat belge dans la péninsule ibérique, 1940-1944, Mémoire de Master, Université catholique de Louvain, 2022.

Bernardo y Garcia, Luis Angel, Le Ventre des Belges. Une histoire alimentaire des temps d’occupation et de sortie de guerre (1914-1921 & 1939-1948), Brussel, Algemeen Rijksarchief, 2017.

De Geyter, Kobe, Belgen op de vlucht: Portugal tijdens de Tweede Wereldoorlog, masterscriptie, UGent, 2019.

Teixeira da Silva, Maria Isabel, Belgen in Portugal 1940-1945: Opdrachten en contacten met het bezette land, licentiaatsverhandeling, UGent, 1986.

Deze pagina citeren
Belgen in Portugal (De)
Auteur : Auwers Michaël (Instelling : Cegesoma/Rijksarchief)
https://www.belgiumwwii.be/nl/belgie-in-oorlog/artikels/belgen-in-portugal-de.html