Vlaams-nationalistische priester en schrijver. Boegbeeld van de collaboratie tijdens de Tweede Wereldoorlog.
Geestelijk leider van het anti-Belgisch Vlaams-nationalisme
Kapelaan in Alveringem achter het IJzerfront, is hij tijdens de Eerste Wereldoorlog een van de leiders van de Vlaams-nationalistische Frontbeweging die hij in een anti-Belgische richting stuurt. Ondanks de bisschoppelijke veroordeling van het Vlaams-nationalisme in 1925 wordt Verschaeve de belangrijkste geestelijke leider van het geradicaliseerde Vlaams-nationalisme. Hij is een van de stichters van de IJzerbedevaarten en legt de eerste steen van de IJzertoren in 1928. Als schrijver van poëzie, toneel en essays verwerft hij aanzien en erkenning met onder meer twee staatsprijzen (1920 en 1937) en een eredoctoraat van de Katholieke Universiteit Leuven.

Auteursrechten : Rechten voorbehouden
Originele legende : Le prêtre activiste flamand C. Verschaeve.
Nationaalsocialistisch boegbeeld

Collectie : Sipho
Auteursrechten : CegeSoma
Originele legende : De herdenking van de hel van de oorlog 1914-1918 had op 21 oogst in het bijzijn van talrijke persoonlijkheden op het kerkhof van Langemarck plaats. [28/8/1944] [Frei gegeben durch zensur]
Al in de jaren dertig sympathiseert Verschaeve met het nationaalsocialisme en vice versa. In 1936 krijgt hij een eredoctoraat van de universiteit van Hamburg. De Duitse bezetting beschouwt hij als een unieke kans voor de Vlaamse onafhankelijkheid. In 1940 wordt hij voorzitter van de collaborerende Vlaamse Cultuurrraad. Hij roept op voor de strijd aan het oostfront en de Duitse eindoverwinning. Hij sympathiseert met de Groot-Duitse collaboratiefractie van de DeVlag/SS. Op 26 juli 1944 ontmoet hij SS-Reichsführer Heinrich Himmler die hij tevergeefs probeert te overtuigen van een verzoening tussen christendom en nationaalsocialisme. Bij die gelegenheid spreekt hij ook zijn steun uit aan DeVlag-leider Jef Van de Wiele. Hij is ook raadgever van diens Vlaamse Landsleiding.
Anti-Belgisch symbool
In april 1945 duikt Verschaeve onder in de dekenij van Solbad Hall in Oostenrijk waar hij in 1949 overlijdt. Hij is inmiddels door het Belgische gerecht bij verstek ter dood veroordeeld. Solbad Hall wordt al snel een bedevaartsoord voor Vlaamse collaborateurs. In 1973 brengt de Vlaamse Militanten Orde het stoffelijk overschot clandestien naar Vlaanderen. Ze wil er triomfantelijk mee op de IJzerbedevaart verschijnen, maar dat mislukt en Verschaeve wordt begraven in Alveringem onder een zerk die refereert aan de Frontbeweging. In de collectieve herinnering is hij een gecontesteerde figuur
Bibliografie
Vanlandschoot, Romain. Kapelaan Verschaeve: biografie. Tielt: Lannoo, 1998.