De Bezetting als ‘openbaring’
Tot aan de oorlog bleef deze industrieel, die eerder liberale opvattingen had, zo goed als onopgemerkt. De bezetting brengt daar verandering in: hij leert zichzelf kennen en treedt op het voorplan. Door zijn onbaatzuchtige aard, maar vooral door een drang naar sociale erkenning, aanvaardt hij in januari 1941 het voorzitterschap van de Winterhulpin zijn gemeente Trazegnies. Hij raakt meer en meer betrokken en wordt door Romsée als ‘politiek veilig’ omschreven. Hij accepteert de functie van burgemeester van Trazegnies op 10 oktober 1941.

Collectie : Sipho
Auteursrechten : CegeSoma
Originele legende : Opening van de lentetentoonstelling te La Louvière. Bezoek aan de tentoonstelling. Links de heer Hubert, Schepen van Openbare Werken van la Louvière, rechts de heer Englebin, burgemeester van Charleroi. Vernissage de l'exposition de printemps à La Louvière. Visite de l'Exposition à gauche Monsieur Hubert, échevin des travaux publics de La Louvière, a droite, Monsieur Englebin, bourgmestre de Charleroi. [3/6/1943] [Frei gegeben durch zensur]
Groot Charleroi

Auteursrechten : Rechten voorbehouden
Originele legende : Zonder originele legende
Bij het oprichten van de agglomeratie Groot Charleroi (28 augustus 1942), wordt hij schepen van Bevoorrading en van Landbouw. Na de moord op Prosper Teughels (19 november 1942), burgemeester van de agglomeratie, neemt hij het risico om deze op te volgen. Nochtans is het sociale en politieke klimaat zeer gespannen: collaborateurs en verzetsstrijders zijn verwikkeld in een hevige confrontatie.
Vanaf dat moment probeert hij zich gedeisd te houden en voert hij volop liefdadigheids- en solidariteitsacties uit voor zijn medeburgers. Maar, door zijn aanwezigheid, bekrachtigt hij toch de politiek van de Nieuwe Orde en de prompte acties van de contraterreur, die ondernomen worden door sommige van zijn hulpagenten. Daarenboven verschijnt hij in de lente van 1944 aan de zijde van Léon Degrelle, tijdens diens ‘Blijde Inkomst’ in Charleroi.
Een moord met verschrikkelijke gevolgen
Hij wordt vermoord op 17 augustus 1944 in Courcelles, door de Gewapende Partizanen. Zijn vrouw en zijn zoon komen ook om bij dit incident. De aanslag genereert verschrikkelijke wraakacties van de Rexisten en de Duitsers (de “Moordpartij van Courcelles”) met een executie van een twintigtal gijzelaars.
Bibliografie
Delaet, Jean-Louis. Le Pays de Charleroi de l’occupation à La Libération : 1940-1944 : Cinquantième Anniversaire de La Libération. Charleroi: CGER, 1994.
Plisnier, Flore. “Le Rexisme et L’Ordre Nouveau Dans La Région de Charleroi de 1933 à 1944.” MA Thesis, Université Libre de Bruxelles, 2002. UniCat.